|
|
Kunstschilderes Naam: Robertson, Suze Geboren: Den Haag - 17 december 1855 Overleden: Den Haag - 18 oktober 1922 Atelier/Adres: - Blaricum |
|
Susanne Robertson werd op op 17 december 1855 geboren te Den Haag als jomgste van een gezin van negen kinderen. Zij werd in 1874 leerling van de Academie van Beeldende Kunsten te Den Haag en behaalde in 1877 haar MO-akte tekenen. Een van haar medestudenten was de bekende George Hendrik Breitner en samen met hem voelde zij zich meer aangetrokken tot het impressionisme van de Haagse School als de classicistische stijl die op de opleiding nog steeds als norm werd gehanteerd. Van 1877 tot 1882 les aan de meisjes-HBS in Rotterdam. In die tijd volgde zij de avondlessen van een modelklas in het Rotterdamse academiegebouw. Als eerste vrouw die werd toegelaten tot deze naaktklas veroorzaakte zij de nodige opschudding in de plaatselijke kranten. Zij had immers vele meisjes onder haar leiding. Tussen 1880 en 1882 kreeg zij les van Petrus van der Velden in Wassenaar. Deze was bekend geworden met het schilderen van interieurs met boeren- of vissers. In dit atelier ontmoette zij haar levensgezel Richard Bisschop. Tijdelijk was zij ook in Rotterdam tot 1882 Rond die tijd kreeg zij een baan aangeboden in Amsterdam waarin zij meer tijd kreeg om ook te kunnen schilderen. Na enige tijd stopte zij met lesgeven en ging fulltime schilderen.In het najaar van 1884 ging zij terug naar Den Haag tot 1895. Ze sloot zich aan bij de schildersvereniging 'Pulchri Studio'. Daarna in Etten en Leur tot 1898 en daarna weer in Den Haag. Op 23 juni 1892 huwde zij met schilder Richard Bisschop. Op 10 februari 1894 werd hun dochter Sara geboren. Vanaf dat moment stopte zij 9 jaar met schilderen om haar moederrol te vervullen. Vanaf 1903 werd dochter sara aan anderen toevertrouwd en kon zij weer met schilderen aanvangen. Van 1896 tot 1898 woonde het gezin in het Brabantse dorp Leur waar zij gratis konden wonen in ruil voor tekenlessen. Zij schilderde er in de omgeving en haar man Richard schilderde plaatselijke figuren en kerkinterieurs in de kerken van Leur en Breda. Later kreeg zij een atelier aan de Van Diemenstraat waar zij tot het laatst zou blijven werken. Vanaf 1900 nam Suze Robertson deel aan groepstentoonstellingen van de verenigingen Arti en St. Lucas in Amsterdam en Pulchri in Den Haag. Ook wij zij te zien op internationale tentoonstellingen in Antwerpen, Brussel, München,Düsseldorf, Parijs, London,Venetië, Rome, Barcelona, St.Louis en Buenos Aires. Haar grootse doorbraak kwam tussen 1905 en 1906 bij de tentoonstelling van de Rotterdamse Kunstkring en in 1907 bij een expositie bij de "Larensche Kunsthandel". Haar dochter Sara keerde in 1905 naar huis terug en had ondertussen de MO-opleiding tekenen gevolgd maar werkte met een totaal andere stijl als haar ouders. Ook de dochter van sara Suzanne Eckhart zou voor het kunstenaarsvak kiezen. In 1976 werd bij kunsthandel Borzo in Den Bosch een tentoonstelling gehouden van Moder, dochter en kleindochter. Zij was werkzaam te Den Haag, Blaricum, Leur 1896-1898, Heeze, Noordwijk, Harderwijk Zierikzee. Zij schilderde en etstse (lid van Nederlandse Etsclub 1891) stillevens, landschappen, stadgezichten en figuren. Werken werden aangekocht o.a. door het Gemeentemuseum te Arnhem. Zij was lid van Pulchri Studio, Arti en St. Lucas. Tentoonstellingen heeft zij gehad in de Rotterdamse Kunstkring, De Larensche Kunsthandel, Antwerpen, Brussel, Düsseldorf, München, Londen, Parijs, Venetië, Rome, Barcelona, St. Louis, Buenos Aires. Susanne Robertson overleed op 18 oktober 1922 in haar geboorteplaats Den Haag. |
