August Legras
De Valk Lexicon kunstenaars Laren-Blaricum

Kunstschilder

Naam: Legras, August Johannes

Geboren: Amsterdam - 21 februari 1864

Overleden: Laren - 1 november 1915

Atelier/Adres: Blaricum - Torenlaan 5 later Laren - Legrasweg 2

August Legras werd op 21 februari 1864 in Amsterdam geboren als zoon van een onbemiddelde Franse vader en Duitse moeder. Hij kreeg slechts tot zijn elfde jaar onderwijs en daarna moest hij in het gezin gaan meeverdienen en werd hij hulpje bij het Kantongerecht.

Daarna was hij kantoorbediende bij een likeurstokerij en toen hij meende daar genoeg geleerd te hebben, deed hij een brutale stap en begon met enige hulp van zijn ouders zelf een tapperij en slijterij op de hoek van de Spuisteeg en de Wijde Steeg. Hij speelde het klaar daarmee voor zichzelf en zijn ouders in het levensonderhoud te voorzien. ;

Veel leverde het weinig levenskrachtige tapperijtje niet op en toen na drie jaar modderen zijn moeder een kleine erfenis kreeg, werd het zaakje verkocht. August kreeg toen in zijn hoofd om met tekenen zijn brood te gaan verdienen. In opdracht ging hij van foto's portretten tekenen. Hij bleek talent te hebben en het lukt hem op den duur aardig maar hij verdiende er te weinig mee. Hij was dol op dieren en ging ook in Artis dieren tekenen en verkocht deze tekeningen.

Brutaal als hij was ging hij nu om meer geld te verdienen ook tekenlessen geven a vijfentwintig cent per keer! Inmiddels had directeur Westerman van Artis plezier in hem gekregen en kreeg hij daar een klein kamertje ter beschikking waar hij kon werken. Daar ontstond in 1882 zijn eerste schilderij 'Dood aapje'.

klik voor vergroting
- Dood aapje -

In 1886 maakte hij een ets van een groep kamelen, die werd aangekocht door het Amsterdamse Prentenkabinet en een groot en zeer doorwerkt schilderij van kabeljauwen in een aquarium.

Hij had zichzelf bekwaamd tot schilder en de bierbrouwer Heineken Sr. begon zich voor hem te interesseren en gaf hem opdracht zijn prachtige paarden te schilderen. Later bezorgde deze hem een studiereis naar Algerije waar hij een jaar lang hard werkte.

Toen Heineken overleed viel zijn financiele steun weg. Terug in Nederland begon hij weer portretten in opdracht te maken. Hij kreeg contact met de kunstbeschermer Jan van Eeghen, die hem in de gelegenheid stelde in Afrika te gaan werken. Vandaar bracht hij schilderijen en tekeningen mee die hij later ging uitwerken.

In 1899 huwde hij en op zijn laatste tocht naar Afrika, vergezelde zijn vrouw hem. Weer in Nederland vestigd hij zich aanvankelijk in Hilversum, maar hij verhuisde al spoedig naar Blaricum waar hij met Evert Pieters diens grote huis deelde. August Legras schilderde snel en vaak schetsmatig. In leeftijd lag hij tussen de oudere en de jongere garde der Gooise schilders

Hij voelde zich vooral aangetrokken tot heidevelden en duistere koeienstallen met mooi invallend romantisch licht. In opdracht van een Franse kunstkoper schilderde hij in hoog tempo vijfentwintig doeken met vooral dieren erop!

In 1905 richtte Legras de kunstenaarsvereniging "De Tien" op. Hiertoe behoorden Van Beever, Co Breman, Toon de Jong, Derk Meeles, David Schulman, Broeckman, Sal Garf, David Ocker, J van Schooten en Legras zelf. Zij hielden plaatselijke exposities in "Villa Mauve" van kunsthandelaar Nico Harpen (Neuhuysweg 6) en ook in andere plaatsen in Nederland. Enige jaren later viel de groep uiteen.

Legras was een grote forse kerel en een altijd vrolijke en opgeruimde bohemien, die zeer ongedwongen leefde. Na vierjaar vertrok hij naar Laren en betrok daar een eigen huis, waarin hij door hemzelf geïmporteerde Arabische rashonden ging fokken. Zijn huis en erf leken meer op een dierenpark dan op een schildershuis, want behalve de vele honden hield hij er kippen, konijnen en ander klein vee en een kameleon!

Larens interieur

Laren was wel iets van de schilders gewend maar deze altijd flodderig in trui en broek geklede figuur met zijn menagerie was daar toch wel een opzienbarende figuur! Zondags ging de familie Legras altijd wandelen. Pa en ma Legras gingen gekleed in wijde jassen met grote ruiten achter de kinderwagen met de jongste spruit en zij waren altijd voorzien van een grote paraplu voor de mogelijke regen! Daarachter de kinderen, aflopend in grootte en allen gekleed in jasjes van blauw-grijs konijnenvel - van de soort die hij kweekte. Het was een vrolijk en gelukkig gezin en hun ongewone levensstijl vormde geen enkel beletsel om met rijk en arm in Laren bevriend te zijn. Legras was ook een goedige lobbes die altijd bereid was zijn medemensen te helpen.

Als Jan Hamdorff een St. Nicolaasfeestjes voor de armen organiseerde, was Legras steevast St. Nicolaas en ook de man die voor die gelegenheid van de gefortuneerde Larenaars fikse bedragen wist los te peuteren! Hij was met zijn ruwe charme en eerlijke humor en menselijkheid onweerstaanbaar. Bij de schilders kon hij geen kwaad doen en voelde hij zich volkomen thuis. Hoewel zijn kunst vrijwel niets met het Gooi te maken heeft, is hij niet weg te denken in het Gooise artistieke leven van die tijd. Daarvoor was hij een te dominerende figuur als mens en als kunstenaar.

Tot zijn dood op 1 november 1915 heeft hij in Laren gewoond en gewerkt.

(Heeft vermelding in de Pieter A. Scheen 1750-1950)

 

klik voor vergroting
- Afrikaans landschap -

olieverf

partic. bezit

 

top pagina | vorige pagina | devalk.com | devalk.com/kunstenaars

devalk.com/kunstenaars